- Gegevens
- Geschreven door: H.J. Dijkstra
- Hits: 149


Schaken is prachtig, maar daarmee vertel ik u geen nieuws. Ik wil het alleen maar weer even met een spelmoment uit eigen gelederen illustreren.
We schrijven maandag 30 september en we bevinden ons in Akkrum. Daar speelt zich onder meer af het duel Mid-Fryslân 3- Westergoo 1. De Bolswarders hebben al enige schade opgelopen. Voorzitter Stornebrink won weliswaar zijn partij maar Dijkstra en Blaeser hadden in het stof moeten bijten. Er was nog een pot gaande. Die van Gerrit van Oostrum. Zou hij er, door te winnen, nog een gelijkspel uit kunnen slepen? 😊 Gerrit had aan bord 1 steeds het betere van het spel. Hij kwam een kwaliteit voor maar zijn tegenstander bleef taai verdedigen. En een onnauwkeurigheidje Gerritzijds bracht het materiele evenwicht vrijwel weer tot stand. Duidelijk was dat de winst van ver moest komen.
Op een zeker moment verdwenen de lichte stukken (torens, paard en loper) van het strijdtoneel en resteerde de bijgaande stelling op het bord. Wit was aan zet en speelde 1 g4. Zwart moest wel nemen 1. … hxg4; en wit vervolgens ook weer 2. Kxg4.
De meeste omstanders (niet allemaal) keken gespannen toe. Daarmee gaven zij in feite stilzwijgend aan de finesses van dit eindspel niet (meer) te kennen. Want hoe zat het ook weer? Kan zo’n g-pion wel winnen ondanks dat wit de oppositie heeft? Gelukkig was Gerrit vastberaden en hij dirigeerde zonder moeite het kwetsbare pionnetje van g2 naar het promotieveld g8. Uiteraard mengden vervolgens de omstanders zich in de discussie. Het woord ‘oppositie’ zou een begrip zijn uit vervlogen tijden. Anno 2024 zou het woord ‘sleutelvelden’ gebezigd moeten worden. Een ander vond het afdoende als de koning maar voor de pion staat.
Ik zelf had eerlijk gezegd het ook allemaal niet meer scherp voor de geest, zo dat ooit al het geval is geweest en daarom nam ik mijn toevlucht dinsdagochtend tot Youtube. Daar kwam ik dankzij de trefwoorden ‘schaken’ en ‘sleutelvelden’ een uitermate heldere video tegen waarin alles heel begrijpelijk wordt uitgelegd. Ga kijken zou ik (bijna) iedereen aanraden. Nooit verkeerd om die kennis weer eens wat op te frissen. Ik keek ook nog even in mijn bibliotheekje en daarin trof ik een boekje aan van J. Awerbach, getiteld “Wat iedere schaker van het eindspel moet weten.” Uit het Russisich voor de Nederlandse schakers toegankelijk gemaakt door J. Beetstra uit Sneek! Uitgegeven in 1963. Ook Awerbach en Beetstra hanteerden al het begrip ‘sleutelveld’.
In bijgaand diagram zijn de sleutelvelden van pion g3 -als ik het goed begrepen heb, f4, g4 en h4. Na de gemelde afruil (g4, hxg en Kxg) beheerst wit de benodigde sleutelvelden en kan hij vrij eenvoudig de zege laten noteren. Nu maar hopen dat dit in het brein blijft hangen. Met het klimmer der jaren wordt dat steeds onwaarschijnlijker. HJD
Eeltsje zegt je kan op sleutelvelden hier oefenen in de browser