Het offer in het schaakspel’
Nu we niet meer gewoon onze partijtjes kunnen spelen, kunnen we hopelijk toch van het schaken blijven genieten met behulp van boeken, tijdschriften en internet.’ Aldus vanochtend Remco Heite in zijn schaakrubriek in de Leeuwarder Courant. Hij heeft gelijk. Gelukkig zijn er de schaakboeken die ons veel schaakplezier kunnen verschaffen. Ik heb een bescheiden bibliotheekje en grasduinde daar dezer dagen wat in op zoek naar wat leuke dingen. Hierbij twee stellinkjes waar ik wel van genoot. In het boek ‘Het offer in het schaakspel’ van Vladimir Vukovic, kwam ik bovenstaand fragment tegen uit de partij Bronstein – Kortchnoi, gespeeld in 1962 te Moskou. Wit is aan zet en rondt de partij op prachtige wijze af. 1. Txh6+ Als zwart de toren met de g-pion slaat volgt er: 1. … gxh6 2. Dg8+ Kf6 3. Df8+ met damewinst. 1. … Kxh6 2. Dh8 + Kg6 3. Dh5+ Kf6 4. g5+ en opnieuw gaat de dame ter ziele, wit wint derhalve.

Krantenknipsel
In het boek dat ik kennelijk ooit eens kocht, kreeg, stal, of langdurig in bruikleen ontving van Maurits Ypma, want zijn naam staat voorin vermeld, zit een krantenknipsel. Het betreft de schaakrubriek uit de Volkskrant van zaterdag 5 januari 1980. De samensteller van de rubriek J.H.Donner, had zo vlak na de jaarwisseling kennelijk niet veel inspiratie want in plaats van fel van leer te trekken tegen een of andere misstand in de schaakwereld, kwam hij met vier diagrammen waaronder het onderstaande. Het gaat om een fragment uit de partij Bisguier – Evans die in 1979 in Kalamazoo gespeeld zou zijn. De vraag is: met welke toch wel verbluffende zet maakt wit het uit?

 

De oplossing:
De witte dame op g5 gaat een stapje vooruit en nestelt zich op g6. En het is over en uit. Wit dreigt te slaan op h7. Slaat zwart de dame met de h-pion dan is het mat met Th3. Genieten toch?  Het lijkt erop dat we nog wel enige tijd aan huis gekluisterd zijn, dus wellicht pak ik de komende weken nog wel eens een boekje uit de kast. HJD